“Ik studeerde farmacie en doctoreerde in geneeskunde. Mijn promotor was professor Marc van Ranst, via hem leerde ik de klinische biologie kennen en vond ik mijn passie. Na mijn doctoraat ben ik klinische biologie gaan studeren, laboratoriumgeneeskunde vond ik meteen boeiend.”
“az Vesalius is geen groot ziekenhuis, dat was toch wel even anders dan wat ik kende van mijn jaren als assistent. De familiale en gemoedelijke sfeer viel mij meteen op, iedereen kent iedereen en dat helpt wel als je iets wil bereiken. Dat we kleiner zijn betekent ook dat je veel verantwoordelijkheden moet cumuleren, je moet kunnen multitasken. Dat maakt dat de job een fijne uitdaging is, zolang je je grenzen kan bewaken.”
“Het klinisch werk, ondersteuning bieden in de correcte interpretatie van laboresultaten en mee zoeken naar de juiste diagnose, dat is wat ik het liefste doe”
“Het klinisch werk, ondersteuning bieden in de correcte interpretatie van laboresultaten en mee zoeken naar de juiste diagnose, dat is wat ik het liefste doe. We werken met drie klinisch biologen in ons laboratorium. Wij hebben een coördinerende functie, de laboranten voeren uit en wij valideren en analyseren alle resultaten, zo helpen wij mee diagnoses stellen. Dat geeft toch praktisch elke dag een voldaan gevoel. Bij fundamenteel wetenschappelijk onderzoek werk je met lange termijndoelen. Hier kom je bijna dagelijks een speciale casus tegen, dat vind ik heel interessant.”
“De laboratoriumgeneeskunde staat niet stil. Technieken evolueren en er komen steeds nieuwe testen op de markt. Het is een boeiend en dynamisch specialisme. In ons labo willen we mee op die trein van vernieuwing. We werken daarom ook nauw samen met de laboratoria van de andere netwerkziekenhuizen. We krijgen veel vrijheid van de directie en we mogen vernieuwen, als we dat goed kunnen verantwoorden natuurlijk.”